Enkele dagen geleden stelde ik in museum MMM mijn boek voor over het Integratiebeleid tussen 1989 en 2003. Bij die gelegenheid heb ik voor mezelf duidelijk willen maken wat er verschilt tussen de visie bij benadering toen en vandaag.

Ziehier kort enkele elementen van verschil, zoals ik ze meen te ervaren:

  1. Veel mensen die vroeger niet in aanmerking kwamen voor integratiebeleid, zijn dit vandaag wel: de Congolezen bijvoorbeeld (die toen als studenten benaderd werden) en de asielzoekers. Het begrip “migrant” evolueert in de loop van de tijd, ook in het beleid.
  1. De intra-Europese mobiliteit is sterk toegenomen, vooral in grote steden, en wordt vaak verward met migratie.
  2. Globalisering en transnationalisme zijn in een stroomversnelling geraakt. Dit betekent dat sommige jongeren van de derde generatie een transnationale houding aannemen. Denk bijvoorbeeld aan sommige voetballers, maar dit geldt ook voor bepaalde ondernemers. Zij leven in een geglobaliseerde wereld.
  3. Wat betreft de representatie van het tijdelijke binnen de islam: in 2025 zijn we teruggekeerd naar de situatie van 1995, dus dertig jaar achteruit. Het enige verschil is dat een nieuwe generatie het stokje heeft overgenomen in de lokale moskeeën en de regels beter beheerst. Niemand in het bijzonder is verantwoordelijk voor dit gebrek aan vooruitgang… dus iedereen is dat. Het proces verloopt in stappen, niet in sprongen.
  4. Ik durf me niet voor te stellen welke impact sociale media in de jaren ’90 zouden hebben gehad… Ze zouden de bedreigingen, de beledigingen en de polarisatie hebben versterkt.
  5. De nationaliteitswetgeving is een stabiele referentie gebleven.
  6. De noodzaak van instellingen die waken over non-discriminatie en sociale cohesie blijft een feit.
  7. Er is niet langer een Interministeriële Conferentie voor het migrantenbeleid en dit is jammer.
  8. Aangezien werk zowel voor integratie als voor acceptatie zo belangrijk is, moet het een prioriteit worden, zo snel mogelijk, reeds bij een begin van asielaanvraag. Werken kan nooit een verliespost worden, zelfs niet voor wie naar zijn land verplicht moet terugkeren.
  9. Paula D’Hondt zei dat integratiebeleid  een langdurig proces zou worden. Ze had gelijk. Ik zou zelfs nog verder gaan: integratiebeleid  zal nooit een vast en definitief kader zijn, want de samenleving verandert vaak en ook de nieuwkomers veranderen, zelfs als de EU erin slaagt het proces beter te beheersen.

.

In Italië heeft men tot vandaag meer dan 800 miljoen euro uitgegeven aan de bouw van een gesloten centrum in Albanië waar kandidaat-vluchtelingen uit ‘veilige landen van herkomst’ naartoe gebracht kunnen worden als ze in Italië aankomen om daar hun asielaanvraag  bestudeerd te zien en eventueel teruggestuurd te worden naar het land van herkomst. Het is nog afwachten of en hoe het zal werken… In Italië zelf staan veel  leegstaande kazernes, die aan het verkommeren zijn. Hoeveel zo’n centra denkt de EU te kunnen bouwen en waar zullen ze neergepoot worden?

Aan sommige landen uit Noord-Afrika worden vanuit de EU fortuinen geschonken om kandidaat migranten die de Middellandse zee willen oversteken, tegen te houden. De hoge sommen betaald aan landen als Tunesië hebben een effect, want er komen minder vluchtelingen over naar Italië… maar dit wil niet zeggen dat er geen meer komen. Er komen er echt nog. Dus: ja, je vermindert het aantal vluchtelingen, maar je maakt het niet ongedaan. Daarenboven: er bestaat een mogelijke alternatieve route via Rusland en Wit-Rusland. Ze wordt momenteel minder gebruikt, maar ze kan geactiveerd worden.

Bij ons in België houden beleidvoerders het bij de stelling dat het wel in orde zal komen met een faire verdeling van de asielzoekers over de verschillende EU-landen. Ooit van  wishful thinking gehoord?

De kern van wat men wil bereiken is eenvoudig: minder kandidaat-vluchtelingen zien aankomen.  tweede orde – maar daar is men al minder zeker van: uitgeprocedeerden kunnen terugsturen.

Maar waarom verkiezen politici altijd grote woorden en revolutionaire beslissingen  die alles zouden veranderen, boven realistische stap-voor-stap bijsturingen?

Waarom niet gewoon het scenario volgen, waarbij men weet dat het de verstedelijkingsprocessen en de scholing zijn die maken dat de graad van nataliteit zakt en dat dit ook voor Afrika zal gelden? Opdracht is dus om daar werk van te maken en dit te koppelen aan economische investeringen ginds.

Waarom de giften aan landen als Tunesië niet beperken tot het feit dat de gevaarlijke overtochten aan de boorden van de Middellandse zee geen aanvang kunnen nemen, zoals trouwens de Belgische politie het doet aan de Noordzee?

En waarom in België zelf niet teruggrijpen naar een procedé dat bestond aan het eind van de laatste regering Dehaene, namelijk zien welke uitgeprocedeerden – zonder strafblad – eventueel zelfs mits een korte bijscholing binnen het jaar voor de arbeidsmarkt in aanmerking komen en hen daartoe de kans geven?

Zoiets klinkt minder revolutionair, maar leidt tot minder zotte kosten en minder loze beloftes.

Vorige week zijn 26 jongeren van Foyer naar Paleis 1 getrokken om te helpen bij een grote inzamelactie voor Palestina.

Hulporganisaties hebben een lijst gemaakt van producten die dringend nodig zijn in Gaza en op de eerste plaats staan spullen voor moeders en kleine kinderen. Denk bijvoorbeeld aan melkpoeder, luiers, harde zeep, maandverband of slaapzakken. Het initiatief kwam er nadat Europa aangekondigde een route voor hulpgoederen vanuit Cyprus te openen. (bron: VRT NWS)

Vorige week zijn 26 jongeren van Foyer naar Paleis 1 getrokken om te helpen bij een grote inzamelactie voor Palestina.

Hulporganisaties hebben een lijst gemaakt van producten die dringend nodig zijn in Gaza en op de eerste plaats staan spullen voor moeders en kleine kinderen. Denk bijvoorbeeld aan melkpoeder, luiers, harde zeep, maandverband of slaapzakken. (bron: VRT NWS)