Johan Leman, 9 september 2024
Wat me meer en meer opvalt, is hoe sterk de onderlinge verschillen zijn tussen mensen die buitenstaanders als gelijkgezinden beoordelen. Dit gebeurt vooral na verloop na tijd, ik vermoed na 10 à 15 jaar.
Ik heb interviews achter de rug met tientallen mensen die in de jaren 60 uit Marokko en Turkije naar Brussel gekomen zijn. Zij spreken soms ook over mensen uit hun gemeenschap die in latere jaren gemigreerd zijn. Welnu, ik leer daaruit dat de perceptie op elkaar binnen de gemeenschappen na verloop van tijd sterk uiteen loopt en veel complexer is dan een eenvoudige opdeling tussen migranten en post-migranten laat vermoeden.
Okee, bij een voetbalmatch zullen al die mensen over de generaties heen weliswaar voor Marokko of Turkije blijven supporteren en in probleemsituaties, waar ze als gemeenschap geviseerd worden, zullen ze de gelederen sluiten, maar de interne onderlinge verschillen, bijvoorbeeld in het naar mekaar, het naar België of naar het land van herkomst kijken, lopen soms heel sterk uiteen.
Dit wordt onderschat en het zal zich op vrij korte termijn ook meer en meer in het stemgedrag bij verkiezingen uiten. Het kiesgedrag zal zich meer en meer over het totaal van de partijen spreiden en wellicht soms tot het ontstaan van nieuwsoortige partijen leiden. Het verklaart ook het gemak waarmee sommige mensen met migratieroots van politieke partij kunnen veranderen. Nieuwe partijen zo maar onmiddellijk als islampartijen interpreteren, is een heel oppervlakkige kijk op de ontwikkelingen en verraadt dat sommige commentatoren niet veel voeling hebben met wat leeft in sommige gemeenschappen.
Terug