Johan Leman, 27 januari 2020
Sorry,
maar eigenlijk was het voorspelbaar. Vroeg of laat moest het ervan komen: een
rechterlijke uitspraak en dwangsommen. De toestand vandaag was onhoudbaar. Je
kan geen kinderen – die overigens geen verantwoordelijkheid dragen – laten
opdraaien voor het kwaad dat hun ouders aangericht hebben of eventueel (dat
klopt inderdaad) in de toekomst nog kunnen aanrichten. Je wil die ouders niet
terug. Je wil dat die ouders ergens anders worden berecht. Dat is een
verdedigbaar standpunt.
Je
hoort dat de Koerdische kampbewakers de kinderen niet laten vertrekken zonder
hun ouders, en er stelt zich dus een probleem. Wat moet je dan doen?
Onderhandelen! En daarvoor een beroep doen op de geschikte mensen, via wie je
een kans maakt om te slagen bij een onderhandeling. Onderhandelen dat de
bewakers de kinderen alléén laten vertrekken en de ouders eventueel bij zich
houden. Dat vraagt tijd? Zoiets regel je niet in een half jaar. Zoiets kan 1 à
2 jaar onderhandelen vragen.
Heeft de Belgische regering dat gedaan?
Ik herinner me dossiers uit de jaren ’90, die soms 4 à 5 jaar lang
onderhandelingen vergden. Je moet dat weten als je met bepaalde problemen – en
met bepaalde partners aan de andere kant van de tafel – wordt geconfronteerd.