Informele Memorialen


Johan Leman, 4 februari 2023

Als ik de reacties lees van inwoners op de Oostendse vuurtoren, dan krijg ik het gevoel dat het hier om een informeel memoriaal gaat. Niet zo maar een memoriaal dat door overheden gepland wordt, maar iets dat gevoelsmatig van onderuit tot leven komt. We leven in een tijd dat mensen, vooral jongeren vooral in de toekomst leven, grenzen achter zich laten. Maar de antropoloog in mij zegt me dat dit eigenlijk niet kan. Mensen dragen hoe dan ook een verleden met zich mee, en dit verleden hoeft niet altijd traumatisch te zijn, zoals de media nu vaak lijken te suggereren. Vandaag overdrijft men. Mensen willen zich ook iets heel positief  herinneren, positief, en gedeeld met vele anderen.

Ik moet daar ook aan denke als ik relatief vaak vijftigers, soms jonge zestigers aan de Foyer deur zie aanbellen, niet meet de vraag wat Foyer momenteel als programma heeft, zelfs niet om het gebouw zelf te bezoeken, maar om nog eens in de tuin te mogen wandelen. En daar wandelen en staan ze daar een kwartiertje. “Daar zat de leeuw” en ze wijzen een plaats aan waar ik zelf nooit een leeuw gezien eb.  “Ja, de draaiton staat nog altijd waar hij toen stond”,  en ze wijzen naar de draaiton die er nu nog staat, maar nu niet meer kan draaien, want vastgelegd, als een soort icoon van de vroegere speeltuin.  “Ha, en daar is de sportzaal. Dat was nog eens een sportzaal. We mochten daar alles in doen. Voetballen, pingpongen, boksen, echt alles, en stevig dat de ruiten waren, de ballen botsten er tegen aan en de ruiten braken niet.” En dan gaan ze even de ontvangstzaal binnen: “En hier is de koning komen meespelen, en zijn hoofd stond op de briefjes van 20 frank, zo hebben we hem herkend” (tafelvoetbal, jl). Het is een gevoelsrelatie, die je vandaag nog moeilijk zou opbouwen.

Pas als je er eens serieus over nadenkt, besef je wat dit voor de kinderen uit de jaren 1974-1980 betekend heeft en nu voor die volwassenen 50ers – jonge 60ers blijkbaar nog steeds betekent: het ging om de enigste “safe place” in die jaren in de gehele omgeving om te spelen, er waren geen andere jeugdhuizen noch toegankelijke sportclubs voor hen in de hele omgeving. Ze herinneren zich dat ze er veilig waren tegenover de drugs (toen, heel aanwezig op straat) en tegen straatgeweld. Veilig en onder vrienden! En ze speelden er met honderden elke dag! Iets wat men zich vandaag niet kan voorstellen. Zeven dagen op zeven, elke week.

Eenvoudige ankerpunten uit het verleden, waar men zich in herkent en blijft herkennen zoals in de kindertijd en in zijn jeugd… Laten we de emotionele impact van zo’n informele memorialen niet onderschatten! Ik  heb er zelf ook tijd moeten over doen om het te begrijpen. En ik heb de indruk dat de nieuwe haastige, toekomstgerichte tijdsbeleving dit eerder zal doen toenemen dan afnemen.

Terug