Inburgering- en integratiebeleid, herstart?


Johan Leman, 21 oktober 2021

In een interview met Peter Casteels in Knack (20 oktober) liet minister Somers optekenen: “Ik ga naar niemand met stenen werpen, maar het was wel duidelijk dat er bij het Agentschap Integratie en Inburgering iets moest gebeuren”. Was de opstart van het AII dan niet het resultaat van een begeleiding door veel niet eens zo slecht betaalde consultancies? En waarom moest op beleidsvlak jaren lang gezwegen worden over het falen? Mocht voormalig minister Bourgeois niet zonder enige kritische vraag een succesverhaal verspreiden terwijl alle ingewijden wisten dat het ding langs alle kanten rammelde?

“Het nieuwe inburgeringsbeleid legt de nadruk op verhoogde economische en maatschappelijke zelfredzaamheid, doorgedreven verwerving van de Nederlandse taal en kennis van de Vlaamse waarden, normen en samenleving. Nieuwkomers worden uitgenodigd een actieve bijdrage te leveren aan de samenleving. Tegelijk worden ze beter voorbereid op onze maatschappij en worden hen hefbomen aangereikt om als volwaardige burger in Vlaanderen te kunnen functioneren.” Dit kan men lezen in de Nieuwsbrief van het Agentschap Binnenlands Bestuur (8 oktober).

We overlopen kort enkele belangrijke bijsturingen.

1. “Verzoekers om internationale bescherming zullen vanaf 1 januari 2022 pas een inburgeringstraject kunnen volgen vanaf het moment dat ze erkend zijn. Tijdens de erkenningsprocedure kunnen ze wel Nederlandse als Tweede Taal (NT2) volgen. Verzoekers om internationale bescherming kunnen dus wel nog toegeleid worden naar de Agentschappen Integratie en Inburgering of het Huis van het Nederlands Brussel voor een intake, screening en oriëntering naar het NT2-aanbod.”

Mijn commentaar: dit lijkt me in wezen een besparingsmaatregel. Ik kan er echter wel inkomen dat men geen belangrijke en kritische tijd wil laten verloren gaan om het Nederlands aan te leren. Maar zou een vorm van tewerkstelling-met-behoud-van-loon voor deze mensen (een idee van Sammy Mehdi) ook niet nuttig kunnen zijn? Overigens is ook op dit vlak enige attitude-vorming niet zo’n slechte zaak.

2. “Niet-werkende inburgeraars op beroepsactieve leeftijd zullen verplicht worden zich in te schrijven bij de VDAB/Actiris binnen 60 dagen na ondertekening van het inburgeringscontract.”

Mijn commentaar: dit lijkt me een goede zaak.

3. “Het nieuwe decreet bouwt in het inburgeringstraject een participatie- en netwerktraject van 40 uren in. (…) In aanmerking komen initiatieven die leiden tot participatie op sociaal vlak, waar er een mogelijkheid is om Nederlands te spreken en waar er in interactie kan gegaan worden met anderen.”

Mijn commentaar: op zich is dit verdedigbaar; maar… blijkbaar beseft de minister zelf dat dit niet altijd evident zal zijn, want hij laat de praktijk 6 maanden uittesten om dan nadien te evalueren of het verplichtend wordt gesteld.

4. “De inburgeraar is zelf verantwoordelijk om geschikte initiatieven te vinden. Daarbij kan gekeken worden naar het aanbod van lokale besturen, aanbod dat mee door de agentschappen ontsloten en kenbaar gemaakt wordt of de inburgeraar kan een eigen gevonden aanbod aanbrengen bij de trajectbegeleider.”

Mijn commentaar: goed idee.

5. En dan volgen nog enkele maatregelen rond betaling van cursussen respectievelijk mogelijke initiatieven voor wie niet betalen kan, en mogelijke sancties op niveau van VDAB of OCMW… Maar dit zijn discussies die men al van bij het begin van deze Vlaamse regering kent. Ik ga er dus niet op in.

Eind-evaluatie.

Die bijsturingen lijken me grotendeels verdedigbaar. De enigste naar mijn bescheiden mening onderschatte factor is dat die bijsturingen vooral goed zullen functioneren bij (lage-) middenklasse nieuwkomers en ook wel bij hogere lage-klasse… en dat is vermoedelijk een heel groot percentage onder de nieuwkomers, maar ik zie geen concrete bijsturingen naar de echt lage-klasse nieuwkomers die bij ons aankomen met een verregaande graad van onderscholing… en in een grootstedelijke contekst zou dit wel eens – akkoord, bij een minderheid – tot een nieuw soort proletariaat kunnen leiden. Op termijn kan dit, zoals de geschiedenis ons leert, lokaal soms tot ernstige problemen leiden.

Misschien kom ik binnenkort nog eens op die herstart terug, na grondiger lezing van enkele teksten.

Terug